
Over
Buitenplaats Trompenburgh is een uniek monument in 's-Graveland. De maritieme erfenis van een zeevaarder weeft zich door de stenen muren, het interieur en de tuin; als gesamtkunstwerk verbindt het binnen en buiten op een betoverende manier.


Het ontstaan
In 1625 verkrijgen enkele Amsterdammers het recht om 's-Graveland te ontginnen. Het duurt even, maar in 1634 wordt de ontgonnen polder verkaveld, naar 27 kavels. De nieuwe eigenaren laten buitenplaatsen bouwen, zodat ze in de zomer de stinkende stad achter zich kunnen laten. Twee van de kavels zijn van Andries Bicker, en via zijn zus erft haar zoon Joan van Hellemont een ervan. Van Hellemont trouwt in 1644 met Margaretha van Raephorst. Als hij twintig jaar later overlijdt, gaat de buitenplaats in 's-Graveland en het bijbehorende land naar Margaretha. Zij hertrouwt in 1667 met zeevaarder Cornelis Tromp.
Cornelis Tromp (1629-1691), zoon van de beroemde admiraal Maerten Harpertsz. Tromp, gaat al jong naar zee. Na de dood van zijn vader in 1653 ziet hij zichzelf als de logische opvolger, maar door zijn eigenzinnige karakter botst hij vaak met zijn meerderen. Dat levert hem in 1666 zijn ontslag op. Rond die tijd leert hij ook Margaretha kennen.
In 1673 wordt hij opnieuw aangesteld en behaalt successen in de Derde Engels-Nederlandse Zeeoorlog. Later wordt hij opperbevelhebber van de Deense vloot en krijgt de titel 'graaf van Syllisborg' van de Deense koning voor bewezen diensten. Hoewel Tromp uiteindelijk de door hem zo begeerde promotie naar luitenant-admiraal-generaal krijgt, bekleedt hij deze hoogste rang nooit formeel. Ziekelijk in zijn laatste jaren, overlijdt hij in 1691 en wordt bijgezet in zijn vaders praalgraf.
Syllisburg
In het Rampjaar 1672 krijgen Cornelis en Margaretha net als veel anderen een ultimatum van de Fransen: betalen of je eigendommen worden platgebrand. Cornelis weigert en de buitenplaats gaat in vlammen op. In de jaren daarna wordt een nieuwe buitenplaats gebouwd. Van Raephorst en Tromp noemen het 'Syllisburg', naar hun grafelijke titel. Pas na de dood van Cornelis krijgt de buitenplaats de naam 'Trompenburgh'.
Het hoogtepunt van Buitenplaats Trompenburgh is de rijk gedecoreerde koepelzaal. Naast deze is er maar één andere 17de-eeuwse koepelzaal bewaard gebleven: de Oranjezaal op Paleis Huis ten Bosch. Tromp was een fervent Orangist en het is bekend dat hij contact had met stadhouder Willem III. Hij heeft ongetwijfeld de Oranjezaal gezien en dat als voorbeeld aangehouden voor Trompenburgh, met als uitgangspunt het verheerlijken van de naam en faam van de familie Tromp. Boven in de koepel zijn de volkeren van de wereld afgebeeld, die van achter een balustrade naar de bezoekers lijken te kijken. Op de schoorstenen zie je portretten van Margaretha, Cornelis en Maerten Tromp, én Neptunus. De wanden zijn gedecoreerd met schilderijen van zeeslagen waarin Cornelis of Maerten een belangrijke rol speelden. Het omringende water wekt de illusie dat het decor zich buiten voortzet.
Hetzelfde gebeurt met de blauwe vogelluchten in de hal en de vestibule. Overal in het gebouw wordt een spel met binnen en buiten gespeeld, een geliefd thema op de buitenplaatsen. Dit wordt een gesamtkunstwerk genoemd en is op Trompenburgh uitzonderlijk goed uitgevoerd.
De restauratie
Monumentenbezit werkt sinds 2020 aan de restauratie van Buitenplaats Trompenburgh. Dat kan dankzij een subsidie van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed van 2,1 miljoen euro. Ook de Provincie Noord-Holland heeft een grote bijdrage geleverd aan de restauratie van de buitenplaats.